Categorie: Wiki sranan
Wiki sranan
Suriname Bazaar
Bij deze, een heel oude foto van Winkel ” De Suriname Bazaar ” hoek Zwartenhovenbru
Humphrey Mijnals
Humphrey Mijnals
[fb_vid id=”photo_id”:”845026765894697″”][fb_vid id=”845026765894697″]
Cheryll van Leewaarde10 oktober 1760
10 oktober 1760 en de vrede van Auka
Verdeeldheid
Vanaf het moment dat er marronage bestaat in Suriname, hebben de koloniale machthebbers geprobeerd de marrons te verdelen (Scholtens, 1994). De reden hiervoor is dat de marrons het bos goed kenden en moeilijk te bestrijden waren. Hen verdelen zou betekenen dat ze verzwakt zouden zijn waardoor ze uitgeroeid konden worden. Dat was in eerste instantie het doel.
Historisch perspectief
In de loop van de achttiende eeuw ondernam de koloniale overheid diverse pogingen om met de marrons (Saramaccaners) vrede te sluiten, echter zonder succes. De reden waarom deze vrede mislukte was dat de koloniale overheid steeds het belang van de plantage-eigenaren voor ogen had.
Er werden eerst meerdere dorpen van de Saramaccaners in brand gestoken om daarna vrede aan te bieden. In eerste instantie gingen de Saramaccaners akkoord met ‘staak het vuren’ maar zij kwamen er al gauw achter dat het ontwerpvredesverdrag veelal in hun nadeel was. Hiermee gingen ze daarom dus niet akkoord (Scholtens, 1994).
De doorbraak kwam in 1757 bij de grootste slavenopstand uit de Surinaamse geschiedenis. Deze vond plaats bij een houtplantage aan de Tempati kreek. De slaven kregen de opdracht om naar een andere plantage te gaan waar de werkomstandigheden zwaar en onmenselijk waren. De slaven kwamen hiertegen in opstand. Na een bloedig gevecht van twaalf uur wisten de slaven te vluchten (Fatah-Black, 2018).
Na deze opstand vluchtten veel slaven naar de Marrons onder leiding van Labi. Deze groep vestigde zich langs de Ndyukakreek achter de plantage Auka en vormden de groep Aukaners (Okanisi). In de groep gevluchte Tempati Marrons was een geboren Jamaicaanse slaaf die Engels kon lezen en schrijven, Boston Band (Adyaka). Na de Tempati opstand werden verschillende plantages in de buurt overvallen. Vanwege het grote aantal gevluchte slaven van de Tempati opstand vormden de plunderingen een groot gevaar.
Verschillende militaire pogingen om deze plunderingen te stoppen, mislukten. En tijdens een van deze overvallen lieten de Marrons een in het Engels geschreven briefje achter dat als basis zou dienen voor de eerste duurzame vrede tussen de Marrons en de koloniale overheid (Scholtens, 1994). In oktober 1760 werd de eerste duurzame vrede getekend. Dus wat in eerste instantie niet lukte met Saramaccaners lukte wel met de Aukaners.
Waarom lukte de vrede met de Aukaners nu wel? Hiervoor zijn twee redenen te bedenken. In eerste instantie waren de autoriteiten bang dat de kolonie Suriname ten onder zou gaan door de aanvallen van de Marrons en het initiatief voor vrede kwam van de Marrons zelf.
Ten tweede konden de Aukaners vanwege Boston Band hun belangen beter verwoorden cq behartigen. Hij had samen met het opperhoofd Labi de leiding over de onderhandelingen. Labi en Boston waren sterke onderhandelaars. Dit blijkt uit het feit dat het oorspronkelijke concept van 14 artikelen gereduceerd is naar 9 artikelen (Scholtens, 1994).
Na de vrede met de Aukaners volgden de vrede met de Saramaccaners (september 1762) en de Matawai (april 1769) (Scholtens, 1994). De vrede met Aukaners vormde dus de basis voor de andere vredesverdragen.
10 oktober is daarom een bijzondere dag, niet alleen voor de Matawai maar ook voor de Ndyuka, Saamaka, Aluku en de Kwintie. Deze dag gedenken wij als herinnering aan de strijd en de offers van onze voorouders. Zij die gestreden hebben zodat wij (hun kinderen) in vrijheid mogen leven.
John Misidjan
Bronnen:
Fatah-Black, K. (2018). Eigendomsstrijd. Amsterdam: Ambo|Anthos.
Scholtens, B. (1994). Bosnegers en overheid in Suriname. Paramaribo: Afdeling Cultuurstudies/Minov.
Gitaarmeesters
Twee gitaarmeesters en geweldige zangers samen op de foto. Harold Hiervliet en Réne (lodie) Rodrigues
Cheryll van Leewaarde
Humphrey, Wim en Steve
Sancho (Humphrey) Lieuw-on, Pancho (Wim) Chin A Loi, Steve Boston.
Drie grootheden uit de Surinaamse en Nederlands-Surinaamse Latinscene uit de jaren ’50-’60-’70 toen de Latin muziek in Suriname hoogtij vierde en daarna ook in Nederland opbloeide. Vrienden die jaren elkaars kunnen en kennis hebben mogen delen. Deze vriendschap is reeds in Suriname ontstaan waar Pancho een band was begonnen op jonge leeftijd genaamd “The Piccadilly Boys” waar Steve ook deel van uitmaakte.
Sancho speelde in die tijd ook met verschillende bands en was o.a de eerste guitarist bij de “Vrolijke Jeugd” van Pa Waal. Steve en Pancho hebben beiden deel uitgemaakt van het Max Woiski sr. en Max Woiski jr. Ritmo Tropical gebeuren. Sancho heeft o.a. deel uitgemaakt van The Twinkle Stars en had zijn eigen band genaamd Conjunto Paco y Sancho.
Deze latinmeesters hebben met vele muzikanten het podium en hun kunnen mogen delen en zijn niet weg te denken als te zijn “Maestros del Ritmo Música Latina”. Ook in het buitenland hebben zij gemusiceerd. Steve en Pancho in Zweden, Noorwegen e.a. landen.
Pancho heeft zich begeven in de muziekscene van de Latinos in New York met Ray Barretto, Ruben Blades. In Zweden waar hij al jaren woont musiceert hij nog steeds. Hij mocht ook Bebo Valdes R.I.P. (vader van Chucho Valdes) aan zijn grote vriendenkring van Latin maestros toevoegen.
Steve Boston was niet weg te denken uit het Ritmo Tropical en Natural gebeuren, maar heeft ook als docent Latin muziek zijn naam en faam verkregen.
Sancho heeft door zijn nummer “Loekoe fa ding boi é dansi” grote bekendheid verworven ihb door het bespelen van de Cubaanse tres. Vooral op Curaçao waar Angel Job mba “El Gordito de Oro” hem alle lof toezwaaide en het nummer razend populair werd. Ook in Suriname en in Nederland is dit nummer heel populair geworden.
Een leuk verhaal om nog hierbij te vertellen is dat toen mijn vader Edmund J.N. van Leeuwaarde (Casa El Sol) zijn band formeerde hij mannen als Steve Boston, Franklin (mba als Copie) Arduin en Frank Leeflang als muzikanten had. Jammergenoeg is deze band geen lang leven beschoren geweest.
Mijn vader was zeer muzikaal maar kon geen instrument bespelen behalve de drie akkoorden van “mé go bai wan kow” simpele versie CGF op de guitaar. LOL
Cheryll van Leewaarde
Rodrigues Combo
Rodrigues Combo uit de jaren ’60 (heb ik van mijn brada harold biervliet mogen ontvangen waarvoor heel veel dank).
Op de foto van links naar rechts: Alfred Comvalius, René en Paul Rodrigues (mijn ooms), Jackie Telting, Harold Biervliet, Harry Brunings en Aanton Rustwijk.
Cheryll van Leewaarde