Wat gebeurde er in dit jaar in de maand Mei
| 1724 | kasteel Elmina, Goudkust: WIC-directeur-generaal Pieter Valckenier schrijft Heeren X / noemt slavenhandel "hartader" van negotie op Goudkust |
1866 | Koloniale Staten. Er wordt een volksvertegenwoordiging ingesteld onder de naam van Koloniale Staten. Voor de eerste maal werd hun zitting op 8 mei 1866 geopend door Gouverneur Van Lansberge. Zij bestond uit 13 leden, waarvan er 9 door de kiezers gekozen werden, terwijl de overige 4 door de Gouverneur werden benoemd. Zonder de goedkeuring van de Koloniale Staten mocht de Gouverneur geen verordeningen vaststellen en afkondigen. Ook hadden zij het recht zelf voorstellen te doen en wijzigingen aan te brengen in de voorstellen van de Gouverneur; ze mochten inlichtingen vragen over bestuurszaken en petities richten tot bestuur en regering.
Toch was de invloed van de Koloniale Staten, o.a. om de vier volgende redenen, niet groot.
1. De invloed van de bevolking op de samenstelling van dit vertegenwoordigend lichaam was gering, want door het uitsluitend census-kiesrecht met hoge census was het aantal burgers met stemrecht minder dan twee procent van de bevolking.
2. De Gouverneur was niet verantwoordelijk aan de Staten, maar aan de Nederlandse regering; al waren dus de Koloniale Staten ontevreden over zijn beleid en al spraken zij hierover hun afkeuring uit, dit had niet tot gevolg, dat de Gouverneur moest aftreden; indien de Nederlandse regering slechts accoord ging met zijn bestuur, kon hij op dezelfde weg voortgaan. Ook de hoofdambtenaren, die gewoonlijk als de gedelegeerden van de Gouverneur optraden in de Staten, waren alleen aan hem en niet aan de Staten verantwoordelijk. Hierdoor waren de Koloniale Staten niet een echt parlement, want juist dit is het kenmerk van een parlementair bestuur, dat door een beslissing van de volksvertegenwoordiging een bewindsman gedwongen kan worden zijn functie neer te leggen.
3. De Nederlandse Regering behield het recht, buiten de Gouveroneur en de Staten om, inwendige zaken van ons land bij Koninklijke Besluiten te regelen.
4. Onze begroting gaf aan de Nederlandse Regering aanleiding over onze zaken te beslissen. De Staten immers hadden wel het budgetrecht, maar indien onze uitgaven de inkomsten overtroffen, was er een rijkssubsidie nodig om de begroting sluitend te maken, zodra dit het geval was, moest de begroting door de Nederlandse Wetgever worden vastgesteld. Dit nu was regel. Hierbij werden er posten geschrapt die de Koloniale Staten noodzakelijk achtten, terwijl er nieuwe posten op werden gebracht, die naar de mening van onze volksvertegenwoordiging overbodig waren.
|
| |
Deze database is met de grootst mogelijke zorg samengesteld door John Brouwer de Koning. Hij heeft eindeloos veel uren gestoken (en is nog steeds bezig) in het verzamelen en sorteren van de data. Hier zijn alleen de gegevens opgenomen die direct of indirect met Suriname te maken hebben. Zijn totale database bevat gegevens van over de hele wereld. |
|