SLAVERNIJ.
Wij die nu leven kunnen er niets aan doen, dat onze voorouders slavenmeesters of slaven waren.
Maar we zijn daardoor wel blijvend met elkaar verbonden.
De kapot geslagen rug van een slaaf
Een slaven(meesters) verleden is niet iets om trots op te zijn, noch voor het land dat de slavernij bedreef, noch voor het nageslacht van de slaven. Toch mogen wij het verleden niet vergeten.
Enkele feiten:
De overheersers van Suriname hebben de slavernij niet uitgevonden, in veel landen kwamen vormen van slavernij voor.
Vanaf - 1816 - had de Koning van de Staat der Nederlanden het absolute bestuur over Suriname. Zijn bestuursrichtlijnen werden opgetekend en bekend gemaakt bij K.B. ( Koninklijke Besluiten ).
Suriname stond wereldwijd bekend als het land van de meest wrede en slechte slavenmeesters.
Jaarlijks werden er in Suriname veel nieuwe slaven aangevoerd, omdat het sterftecijfer onder de slaven in Suriname hoog lag.
Slaven ( en alle gekleurde mensen ) werden in die tijd als minderwaardige wezens beschouwd. Ongelovige honden, die men ook als honden moest behandelen, anders werden ze te mondig.
Er werden door de slavenhandelaren in totaal ongeveer 550.000 slaven naar Suriname gebracht. In 1863 waren daar nog maar ongeveer 22.000 van in leven. Van dit aantal was ongeveer 30% in Suriname geboren.
Een slavenschip met 600 slaven aan boord
|