A.J. Axwijk
A.J. Axwijk
De EBG- broeder ds A.J. Axwijk vestigde zich in 1937 aan de Cottica, waar hij tot 1963 actief zou zijn. Hij verdiepte zich er onder andere in de historie van de marrons, en had al snel na zijn aantreden een bijzondere ontmoeting.
De in 1906 geboren zendeling A.J. Axwijk legde zijn bevindingen vast onder het pseudoniem AJAX, een samentrekking op basis van zijn naam.
Door toedoen van een aantal goudzoekers ter plaatse kwam hij in 1938 in contact met de inheemse vrouw Malawni, die op zijn post kwam te overlijden. Ze bleek de laatste nog levende van de stam Wajarikoele te zijn, en had ooit nog persoonlijk met ontdekkingsreiziger De Goeje gesproken.
Axwijk vestigde op de door hem beheerde zendingspost Karmel een internaat en school waar hij les gaf. Axwijk voerde van daar uit een strijd tegen het door hem verwoorde ‘zo machtig heidendom’.
Voor zijn werk langs 27 lokale dorpen deed hij lange tijd een beroep op de lokale roeiers, tot hem een buitenboordmotor beschikbaar werd gesteld,
Axwijk verzamelde de nodige gegevens over de Aluku en Ndyuka waarover hij in de West publiceerde. Hiernaast verdiepte hij zich in de geschiedenis van de lokale marrons.
Van zijn hand verscheen in 1961 een werk getiteld De vlucht van Bonnie en Aloekoe.
Auteur: Nico Eigenhuis