Tilburg en Roosendaal
Tilburg en Roosendaal
Vorige pagina |
Tilburg is voor Surinamers voor altijd verbonden aan de naam Peerke Donders, maar Peerke is niet de enige band tussen Brabant en Suriname.
Tilburg en de verering van Peerke Donders:
Peerke Donders is inmiddels wereldwijd bekend voor zijn werk onder e Surinaamse leprozen op plantage Batavia. Vanaf 1900 kochten de redemptoristen de grond in Tilburg rond het voormalig geboortehuis van Donders. Pelgrims kwamen daarnaartoe om Donders te vereren en bezochten er een put, die miraculeus water zou bevatten.
In 1923 werd op de plek waar het geboortehuis had gestaan een marmeren gedenksteen geplaatst. In hetzelfde jaar bouwde men er een kapel met processiepark. In 1926 werd in het Wilhelminapark het standbeeld van Peerke Donders opgericht. Het geboortehuis van Peerke Donders werd in 1930-1931 gereconstrueerd op de vroegere fundamenten.
In 1933 werd bij het huis het Peerke Dondersmonument onthuld.
De Fraters van Tilburg:
De fraters hebben een belangrijke rol gespeeld in het onderwijs, de dovenzorg en de missie in Suriname en de Nederlandse Antillen. In het archief van het fraterhuis aan de Gasthuisring te Tilburg bevindt zich veel materiaal over deze activiteiten. In Suriname hebben de laatste fraters in 1982 het onderwijs verlaten. Oud-president Ronald Venetiaan heeft bij de Fraters op school gezeten, evenals o.a. Anton de Kom en Lou Lichtveld, Desi Bouterse en Phillip Lutz.
Zusters Franciscanessen Penitenten Recollectinen van de Onbevlekte Ontvangenis van Maria te Roosendaal :
In 1856 komt Mgr. Schepers, apostolisch vicaris van Suriname, bij Mère Marie Joseph aankloppen en vraagt om zusters voor zijn missiegebied. In 1856 vertrekken zes zusters naar Suriname.
Vanaf 1856 wordt op het grote erf achter het klooster onderwijs gegeven ten behoeve van arme kinderen en in januari 1857 wordt een burgerschool opgericht. In 1928 wordt een inlandse Congregatie opgericht die de naam krijgt “Zusters van Paramaribo”.
De rol van de Katholieke kerk in Suriname ten tijde van de slavernij is niet onomstreden. De kerk ging stilzwijgend mee in de bestaande situatie in het land, en sprak zich niet uit voor de afschaffing. Er is wel één uitzondering; tegen de vaak uiterst wrede opstelling van de slavenhouders verzet Peerke Donders zich fel, wat hem de vijandschap van slavenhandelaren en plantagehouders oplevert.
Auteur: Nico Eigenhuis