Paul Christiaan Flu
Kuststrook of binnenland
Toen Paul Christiaan Flu in 1911 gevraagd werd rapport uit te brengen over het voorkomen van malaria in de binnenlanden was er een achterliggende vraag: zouden na het gereedkomen van de goudlijn de plantages van de ‘uitgeputte’ kusstrook kunnen worden verlegd naar het binnenland.
Begin 20ste eeuw werden door Koch en Flu de eerste successen geboekt met het bestrijden van Framboesia, en de verwachting was dat met hun inbreng er verdere verbeteringen in de gezondheidszorg konden worden gerealiseerd.
De vraag “kuststrook of binnenland” zou begin 20ste eeuw bij herhaling worden gesteld en was ook de reden voor diverse onderzoeken naar de bodem en culturen ter plaatse die in de jaren dertig plaatsvonden onder leiding van Stahel.
Voor wat betreft de malaria concludeerde Flu in 1911 dat in het hele land malaria voorkwam, maar de georganiseerde bestrijding van de gevaarlijke malaria tropica in het binnenland door inbreng van het Bestuur om verschillende redenen een geringe kans van slagen zou hebben.
Voor wat het traject van de spoorweg betreft concludeerde hij dat deze na kilometer 40 in gebied komt waarde kans op besmetting zeer groot is. Hij ontraad daarom het nemen van kolonisatieproeven in het binnenland en stelt voor om eerst de sanitaire condities in de kuststrook te verbeteren opdat de grens van de malaria tropica op zou schuiven en de cultuur meer naar het binnenland kan worden uitgebreid.
Het zou nog ruim 20 jaren duren voordat centrale watervoorziening naar de inzichten van Flu werd gerealiseerd, Na het gereedkomen daarvan in 1933 liepen volksziektes als filarisias (elephantiasias) en malaria hard terug.
Auteur: Nico Eigenhuis