De opstandige Chinezen van Mettray
De opstandige Chinezen van Mettray
Het falen van de wezeninrichting Mettray op plantage Lustrijk was in 1859 aanleiding om de plantage ook open te stellen voor de landbouw door vrije Chinese migranten. Het ging al snel mis nadat de zittende directeur zich door hen bedreigd voelde.
De directeur gaf aan dat de opstandige Chinezen -die de omstandigheden op de plantage te slecht vonden en de vergoeding te gering- zijn huis waren binnengedrongen, waar ze vervolgens naar hem hadden geschreeuwd en hem al gebarend met wapens hadden bedreigd.
De directeur had aangeven dat hij om te voorkomen dat hij in zijn drift een ongeluk zou begaan de hulp had ingeroepen van de militaire post Sommelsdijk, een oproep die hij al vaker had gedaan. Het zou ertoe leiden dat in opdracht van de gouverneur een aantal van ze met stokslagen werd afgestraft.
De incidenten met Chinezen beperkten zich in die periode niet tot Mettray.
Ook te Paradise en op de Resolutie waren er incidenten, en op de Drie Gebroeders waren er net als op Mettray lijfstraffen op de Chinezen toegepast. De wijze van bestraffen werd tot in de Tweede kamer onderwerp van gesprek, met als vraag of het toepassen van lijfstraffen bij geschillen niet in de met hen afgesloten contracten ingeval van incidenten als mogelijke sanctie moest worden opgenomen, danwel bij wet moest worden geregeld.
Van de initiatiefnemers van Mettray zou Van Schaik zijn versie van de gebeurtenissen naar buiten brengen. Hij was verbolgen over de uiteenzetting van de directeur, die zelf meermaals verstek had laten gaan op de plantage, en zijns inziens volledig ten onrechte had gemeld dat de Chinezen in het bezit waren van wapens.
Van Schaik gaf aan dat hij het nadien door de directeur ingediende verzoek tot ontslag -gezien deze voorgeschiedenis- direct had gehonoreerd. Natrekken van de registers leidt tot de conclusie dat de directeur in kwestie M.P. Hack moet zijn geweest, die nadien directeur zou worden op plantage Rustenburg.
Auteur: Nico Eigenhuis