|
| |
| SURINAME AFDELINGEN - Bevolking - Javanen - De pioniers
terug
De eerste 94 Javanen in Suriname
© Auteur: Paul. P. Mangoenkarso
7.2 Het werken
Op het suikerrietveld bestonden de werkzaamheden van de mannen uit het kappen van rietstengel, het in een bangal (een twee Y-vormige van een houtentak of boompje aan elkaar gekruiste hulpmiddel die vol beladen met rietstengels op de nek wordt gedragen) versjouwen van suikerrietstengels naar het vrachttrein en het beladen van het suikerriet in de treinwagons. Anderen waren werkzaam in de fabriek.
Het versjouwen van rietstegels met een bangal Foto: KIT |
|
Wie de bangal als versjouwmiddel van rietsstengel heeft bedacht is niet bekend. De vrouwen en kinderen hadden als taak het beladen van de treinenwagons. Het beladen van de treinwagons geschiedde als volgt: Een vrouw of kind staat op de treinwagon en de anderen reiken de suikerrietstengel aan en vervolgens wordt de suikerrietstengel dwars in de treinwagons opgestapeld.
Later, toen de vrouwen en kinderen niet meer op het veld gingen werken bedachten ze een soort loopbrug naar de wagons. De contractarbeiders werken zes dagen in de week. |
Zaterdag is een belangrijke dag voor mannen, vrouwen en kinderen, want het is betaaldag en dat vindt op het plein van het kantoor van de suikerondememing plaats.
7.3 Het leven
Vele migranten hadden tijdens de zee reis naar Suriname over hun onderneming spijt (bij latere arbeiders transporten gebeurde het weleens voor dat een aantal contractarbeiders overboord sprongen) of hebben dit als een tragedie ervaren. Ook ontstonden er bij zo'n bootreis tussen de migranten onderling hechte familiaire relaties. Deze hechte familiaire relaties staan bekend als djadjie (lotsverbondenheid). Deze relaties worden naderhand ook tot de dood er op volgt frequent onderhouden.
In latere transport jaren worden de contractanten op verschillende plantages te werkgesteld, waardoor de tijdens de zeereis opgebouwde relaties (djadjie) in Suriname weer teniet worden gedaan. Doordat de eerste 94 migranten niet van elkaar gescheiden zijn is bij deze groep het lotsverbondenheids gevoel in tact gebleven.
Bij het transport van de eerste Javaanse contracarbeiders waren er ook twee kleine kinderen van elk twee jaar oud bij die door hun ouders meegenomen zijn. Waarschijnlijk zorgden deze twee kinderen ook voor afwisseling voor de schepelingen. Een van de contractanten heeft bij de geboorte van haar dochter op 4 oktober 1891 het kind in Suriname dezelfde naam gegeven als het meegereisde meisje. Dit kind heeft in Suriname geen lang leven gekend, want het is op bijna tienjarige leeftijd overleden.
Verder blijkt dat er gedurende het verblijf in Suriname een vrouwelijke contractant deserteerde, oftewel het contract voortijdig verbrak.
Twee mannelijke contractanten zijn wegens plegen van stafbare feiten door het Hof van Justitie veroordeeld. De een is door het moedwillig toebrengen van slagen op 30-08-1893 veroordeeld tot 4 maanden gevangenisstraf met gedwongen te werkstelling en een geld boete van Sf 36,53.
De financiële straf is in het licht van de tijd bezien wel heel zwaar geweest. Dat betekent dat S70 op een loon van 60 cent per dag ongeveer iets meer dan 3 maanden moet gaan werken om de boete te kunnen betalen. Verder is deze contractant op 15-09-1899 overgeplaatst naar plantage Berlijn. Berlijn is een afgelegen plantage achter het vliegveld Zanderij.
Waarschijnlijk was hij daar volledig verstoken van de Javaanse samenleving waardoor hij ook ongehuwd is gebleven. Hij overleed op 24-12-1947 in het bedjaardenhuis 's-Landsgrond Boniface.
De andere (S89) is veroordeeld tot 6 maanden gevangenisstraf met gedwongen tewerkstelling wegens diefstal met buitenbraak in een bewoond huis.
Verder blijkt een mannelijke contractant (S84) die bij aankomst te kampen had met een sleepende ontsteking aan het linkerbeen op 22 november 1891 te zijn doodgeschoten. Over de reden staat helaas niets vermeld.
Een vrouwelijke contractant is opgenomen in een krankzinnigeninrichting. Haar man (S7) is in 1905 teruggekeerd en zij was met haar in Suriname geboren zoon achtergebleven. Uiteindelijk heeft zij het kind afgestaan aan een andere contractant (S80) met het oog op haar vertrek naar Indonesië (4 juni 1903).
Waarschijnlijk is het de bedoeling geweest om de zoon met diens vader te herenigen. Zij is in Suriname achter gebleven en uiteindelijk op 68 jarige leeftijd per 261311931 op s-Landsgrond Boniface opgenomen. Op 72 jarige leeftijd is deze vrouw in haar eenzaamheid gestorven. Een van de contractanten (S53) heeft een kind geadopteerd van een latere contractant, en bij deze adoptie ontvangt ze een alimentatie van f5,per maand.
Mevrouw S58 heeft haar dochter bij haar geboorte (8-2-1899) afgestaan aan mevrouw J.Vlijtenhuis, woonachtig aan de Keizerstaart 21. De moeder beloofde op 10-04-1912 ten overstaan van de Agent Generaal het kind niet te zullen opzoeken. Drie jaar later 9-6-1915 verzocht mevrouw J.Vlijtenhuis, waarschijnlijk door het feit dat S58 steeds haar dochter is gaan opzoeken of dat mevrouw Vlijtenhuis naar Europa is vertrokken, het kind terug te geven aan haar moeder. Het kind heeft op ongeveer 21 jarige leeftijd (25-7-1919) de familie naam van de adoptie ouder(s) aangenomen.
In totaal zijn er drie contractanten uiteindelijk wegens ouderdom in eenzaamheid in s'-Landsgronds Boniface opgenomen (1v en 2 m). Verder blijkt dat er uit de eerste groep Javaanse contractanten weinig nakomelingen te zijn geboren (29).
Auteur heeft gesprekken met een aantal bejaarde contractanten van latere verschepingen gevoerd, nu ze meer tijd hebben even stil te staan op het vertrek uit Indonesië.
Ze zijn in hun oude dagen meer gaan zitten nadenken over de achtergebleven familieleden. In al die gevallen is het zeer duidelijk dat de ervaringen zeer pijnlijk zijn geweest en al die tijd toen ze nog economisch actief waren hebben verdrongen.
Daarnaast was toentertijd het in Suriname zo dat veel Javaanse oudjes in de straten van Paramaribo met hun hebben hen houwen rond hangen en leefden.
Waarschijnlijk was dat verschijnsel veroorzaakt door het feit dat een aantal van hen geen familie hadden want die zijn in Indië achtergebleven en in Suriname geen kinderen hadden om hen te
het bejaardenhuis 's-Landsgrond Boniface.
Tabel 9: Geeft een inzicht van de 94 contractanten het demografische verloop tijdens het verblijf in Suriname.
|
naar boven
Ontwerp © Webteam Suriname - Afdeling Suriname - Zwartenhovenbrugstraat - Paramaribo - Last update:
|
|
|
| | |