|
| |
| SURINAME AFDELINGEN -
Geschiedenis - - Indianen, Inheemsen
terug
Indianen, Inheemsen
Van landbouw en migraties
Aan de Indiaanse landbouwer hebben wij veel meer te danken dan wij ons vaak realiseren en de wereld zou er
heel anders uitzien zonder deze bijdrage die de Indiaan gedurende duizenden jaren tot ontwikkeling bracht. Men
denke maar eens aan de vele producten van alle dag die voor ons zo vanzelfsprekend zijn maar die pas na de
ontdekking van Amerika een rol zijn gaan spelen in de oude wereld. Sommigen brachten het zelfs tot volksvoedsel
no. 1„ zoals de aardappel in Europa en de cassave die behalve in Zuid Amerika ook in grote delen van Afrika
het volksvoedsel is geworden. Enkele der meest bekende gewassen van Indiaanse oorsprong zijn verder tabak,
cacao, tomaat, pinda en mais.
Men schat tegenwoordig dat de tijd die toen nodig !s geweest om van de wilde
plant een bruikbaar cultuurgewas te kweken zo'n 3 tot 4000 jaar moet hebben geduurd. Wij weten natuurlijk
van deze lange geschiedenis en de daarop volgende gebeurtenissen niet veel af en bovendien zijn door de onderzoekers
verschillende opvattingen naar voren gebracht. Daarom noemen wij slechts een van de meest recente opvattingen , een
die ook voor het gehele beeld der indiaanse migraties in Suriname het meest aanvaardbaar lijkt. Behalve het
archeologisch onderzoek is ook de studie der indiaanse talen en taalfamilies van groot belang gebleken voor
de reconstructie der gebeurtenissen van na de "uitvinding van de landbouw" in dit deel van het continent.
In grote trekken zouden deze gebeurtenissen zich als volgt kunnen hebben afgespeeld:
Omstreeks 3000 jaar voor Christus waren indiaanse stammen in het centrale Amazonebekken, daar waar nu de stad
Manaos ligt, er in geslaagd zich een bestaan te verschaffen door middel van de landbouw. De periode der
grote jachtpartijen was voorbij en het leven was anders geworden. Het gewas dat zij leerden kweken was
vermoedelijk cassave, en de taal die daar gesproken werd was het "proto-Arowak". Het succes in de landbouw
was zo groot dat de stam talrijk werd en er ontstond behoefte aan nieuwe landbouwgronden. De beste landbouwgronden
in dit deel van de wereld vindt men in smalle stroken langs de rivieren, de jonge alluviale afzettingen evenals
in een vlakke strook langs de kust.
Een steeds durende "volksverhuizing" of migratie langs de rivieren nam een
aanvang, ditmaal niet op zoek naar wild, maar op zoek naar goede alluviale landbouwgrond. De migratie der
Arowakken ging in alle richtingen langs de rivieren van het Amazonebekken. In mindere mate echter stroomafwaarts,
waar krachtige, "Tupie" sprekende stammen de rivier blokkeerden. Voor ons is van belang dat groepen Arowak
sprekende Indianen via de Rio Negro en het Casiquiare kanaal in de Orinoco terecht kwamen en zo de kusten der
Caribische zee bereikten en ook de eilanden in die zee gingen bevolken.
Verschillende migratiegolven volgden elkaar op en in de loop der tijden gingen taal en tradities in het maken
van aardewerk van groep tot groep verschillen. Echter de verwantschap in taal bleef herkenbaar. Ook de traditie
in het vervaardigen van een bepaald soort aardewerk en de decoratie daarvan kon voor bepaalde groepen zeer
karakteristiek zijn en soms over een periode van 1000 jaar herkenbaar blijven.
|
naar boven
Ontwerp © Webteam Suriname - Afdeling Suriname - Zwartenhovenbrugstraat - Paramaribo - Last update:
|
|
|
| | |