|
Onderwerpen Cultureel erfgoed |
| |
| SURINAME AFDELINGEN - Cultureel erfgoed - - Kinderspelen
terug
Djoel
Dit spel wordt haast gedurende het hele jaar zowel door jongens als meisjes (ca 4-16 jaar) apart of gezamenlijk op harde zandgrond gespeeld. Djoel kan met twee personen gespeeld worden, maar wordt pas echt leuk als er meerdere personen meedoen. Het woord "djoel" wordt niet alleen voor het spel zelf gebruikt, maar ook voor de figuur welke de speelruimte aangeeft.
Er worden door "piki" twee partijen gevormd. De houders en de renners. ( Piki is bijna een soort ceremonie en is noodzakelijk om de spelers in twee groepen te verdelen, zie hiervoor het menu-onderdeel "piki" )
De houders moeten elk op een lijn staan en mogen zich alleen op die lijn bewegen en er niet vanaf komen. Probeert de houder vals te spelen om toch een renners aan te tikken, zonder dat een van zijn voeten op lijn staat, dan telt dat niet mee.
De renners moeten proberen om binnen de lijnen langs de houders te komen, zonder aangetikt te worden. Zijn ze eenmaal in het vak, dan mogen ze er alleen uit via de volgende lijn. Ze mogen dus niet twee keer achter elkaar over dezelfde lijn en niet via de zijlijnen. ( alleen de lange middellijn, de lijn tussen de voor en achterlijn, mag wel meerdere keren achter elkaar door de renner gepasseerd worden )
Worden ze aangetikt, dan mogen ze of niet meer meedoen tijdens dit spelletje tot een wisseling heeft plaats gehad, of ze krijgen een nieuwe kans en moeten weer terug naar het begin.
Er wordt een punt gescoord als de renner heen en terug langs de de voor en achterlijn is geweest zonder aangetikt te worden. Deze renner is dan binnen en wacht meestal op een nieuw spelletje om weer mee te doen. Als alle renners binnen zijn, wordt er gewisseld.
Het speelveld ziet er als volgt uit:
Men trekt in het zand afhankelijk van het aantal spelers een rechthoek van ongeveer 5 x 6 meter. Mag groter bij meer spelers, maar om het spannend te houden en gelijke kansen voor de houder en renners te maken, maar liever niet kleiner. ( Bij te kleine vakken hebben de renners geen kans om zonder aangetikt te worden langs de houder te komen. En bij te grote vakken heeft de houder te weinig kans om de renner die langs hem wil aan te tikken.)
Figuur 1 kan reeds door slechts twee spelers gebruikt worden. Figuur 2 is voor meerdere spelers.
Bij meer dan 2 spelers kan het veld in 4 of 6 gelijke vakken verdeeld worden ( zie figuur 2 ) en mag de lange middellijn per vak door een andere houder verdedigd worden.
Deze mag dan het lijndeel in zijn vak niet verlaten. Dus er mogen geen twee houders op een lijndeel of op dezelde lijn in een vak staan. De vakken moeten wel in elk geval groot genoeg blijven voor de renners om er veilig binnen te kunnen stilstaan, zonder aangetikt te worden.
Op de gehele voor-, achter- en dwarslijn, mag maar 1 houder per lijn staan.
Bij slechts twee spelers ma de houder ( figuur 1 ) ook van de midden, en achterlijn gebruik maken om de renner aan te tikken. Lukt het de houder, terwijl hij zich op een lijn bevindt, om de renner te tikken dan mag hij nu gaan rennen. Het spel is ook afgelopen, wanneer de renner op een zijlijn terecht komt, of via de zijlijn een vak verlaat.
|
naar boven
Ontwerp © Webteam Suriname - Afdeling Suriname - Zwartenhovenbrugstraat - Paramaribo - Last update:
|
|
|
| | |