|
| |
| SURINAME AFDELINGEN - Bevolking - - Joden
terug
Bevolking Suriname.
De Joden
PERIODE NA 1945.
In 1946 traden de beide joodse gemeenten, vertegenwoordigd door het in 1942 geformeerde Centraal Comité ( zie hierboven: Tweede Wereldoorlog ), toe tot het World Jewish Congress.Het probleem van de ontheemde joden was een wereldprobleem. Tot de instanties die zich hun lot aantrokken, behoorde de Freeland League for Jewish territorial colonization, gesticht door I. N. Steinberg. Op 10 april 1947 kwam een delegatie onder zijn leiding in
Suriname om met de autoriteiten te spreken over de toelating van ontheemde joden in het onderbevolkte
Suriname. In het begin leek het alsof hij in zijn poging geheel zou slagen. De Staten van Suriname stemden er
na een verhit debat op 27 juni 1947 in toe onder nader overeen te komen voorwaarden een aantal van maximaal 30 000 joodse immigranten in Suriname toe te laten. Een door de Freeland League uitgezonden commissie van deskundigen deed in de maanden dec. 1947 t/m febr. 1948 onderzoekingen in het district Saramacca, waarin een gebied van 50000 ha ten zuiden en ten westen van Groningen door het gouvernement voor de kolonisatie was aangewezen, en bracht een gedocumenteerd rapport uit, met als conclusie dat de beoogde kolonisatie in het Saramacca-district zou kunnen slagen, zowel in economisch als in hygiënisch opzicht. De kosten werden geraamd op $ 35 miljoen over vier jaar, te betalen door de Freeland League.
Een felle bestrijdster van de plannen van de Freeland League was Ida Silverman, een Amerikaanse zioniste
die overal de plannen van Steinberg dwarsboomde. In de opvatting van de zionisten was geen andere oplossing van het joodse vraagstuk mogelijk dan de stichting van een joodse staat in Palestina. Ook in Suriname
waren de meningen verdeeld. Als pikante bijzonderheid kan worden vermeld, dat van twee broers de ene
voorzitter van de Surinaamse Zionistenbond en de andere vertegenwoordiger van de Freeland League was!
Nadat in mei 1948 de staat Israël was gesticht, deelde op 14 aug. 1948 gouverneur Huender aan de Freeland
League mede, dat de Staten de onderhandelingen over de joodse immigratie wensten op te schorten tot de
volkomen opklaring van de internationale toestand.
En hiermede was de voorgenomen immigratie op de lange baan geschoven; ondanks aandringen van de
Freeland League werden de onderhandelingen niet hervat.
Sedert de jaren vijftig is het zielental der gemeenten ( vnl. door vertrek naar het buitenland ) steeds meer
achteruitgegaan. De activiteiten op religieus-cultureel en educatief gebied werden steeds minder; de synagogediensten worden slecht bezocht. Steeds meer doet zich het gebrek aan geestelijke leiding voelen. Sinds
1969 is er geen godsdienstleraar; de diensten worden waargenomen door ongegradueerde part-time functionarissen. Conflicten met uit het buitenland aangetrokken godsdienstleraren in de jaren vijftig en zestig, waardoor zij na betrekkelijk korte tijd het land weer verlieten, werkten frustrerend.
Het onderwijs op joods gebied en de activiteiten van Zionistenbond en jeugdverenigingen kwamen tot stilstand ; Teroenga hield op te bestaan. Ook wordt de laatste jaren niet meer ritueel geslacht. Een joods medicus
fungeert als mohel ( ritueel besnijder ).
Er bestaat een warm contact tussen de Surinaams-joodse gemeenschap en de staat Israël. Jaarlijks komen
afgezanten uit dit land naar Suriname en worden gelden ten behoeve van Israël ingezameld.
De godsdienstopvattingen van het allergrootste deel der gemeenteleden zijn liberaal-joods van karakter;
slechts enkelen hangen nog de orthodoxe beginselen aan. Niettemin is de ritus bij de synagogediensten nog
steeds orthodox gebleven.
|
naar boven
Ontwerp © Webteam Suriname - Afdeling Suriname - Zwartenhovenbrugstraat - Paramaribo - Last update:
|
|
|
| | |