suriname Naar Voorpagina

  


   
ONDERDELEN
Javaanse Immigratie
 suriname  Suriname bevolkt 1
 suriname  Suriname bevolkt 2
 suriname  Suriname bevolkt 3
 suriname  Suriname bevolkt 4

ONDERWERPEN
Geschiedenis
 suriname  Immigratie Algemeen
 suriname  Javaanse immigratie
 suriname  Donko's tot Guides
 suriname  Brieven v. Wetten
 suriname  Suriname bevolkt
 suriname  Slavernij
 suriname  De 20 ste eeuw
 suriname  Indianen (oorspr.)
 suriname  Paramaribo
 suriname  Albina
 suriname  Mariënburg
 suriname  Oude kaarten
 suriname  Archieven-wijzer
 suriname  Post en postzegels
 suriname  Batavia
 suriname  Goslar
 suriname  Goud-zaken
 suriname  Geld-zaken
 suriname  Het Park
 suriname  Korps Politie
 suriname  Treinen
 suriname  Forten
 suriname  Westgrens
 suriname  Samenvattingen
     ( Engels )


AFDELINGEN
  suriname Algemeen
 suriname De Douane
  suriname Telefoonboek
  suriname Bevolking
  suriname Distrikten
  suriname Reis info
  suriname Cultureel erfgoed
  suriname Geschiedenis
  suriname Foto's
  suriname Natuur
  suriname Personen
  suriname Koken / recepten
  suriname Vragen over NIBA
  suriname Wat is ANDA

     
 SURINAME  surinameAFDELINGEN - suriname Geschiedenis - - Hoe Suriname werd bevolkt

 suriname . NU terug
 

Bijdrage ingestuurd door: Annet Sluer


Hoe Suriname werd bevolkt    

Bron: Kruijer. G.J. Dr., Suriname en zijn buurlanden, lichtplekken in het oerwoud van Guyana, Hoofdstuk III, 1951.


Het is begrijpelijk, dat vele niet-landbouwers werk in de stad gingen zoeken en dat de plantage-arbeiders het uitoefenen van een ambacht of het zich zelfstandig als boer vestigen als een economische vooruitgang en als een stijging op de maatschappelijke ladder zagen.

Er waren dus gewichtige economische en sociale krachten die de negers van de plantages afdreven. De afschaffing der slavernij dwong de plantage-eigenaren uit te zien naar plaatsvervangende arbeidskrachten. In de periode dat de argumenten voor en tegen de abolitie tegen elkaar werden afgewogen, beweerden de tegenstanders van de afschaffing der slavernij, dat er eerst voor nieuwe immigranten moest worden gezorgd en dat de regering de planters in deze tegemoet moest komen.

Volgens Wolbers was dit argument niet meer dan een de emancipatie der negers uit te stellen, want toen de Nederlandse regering 500 Chinezen
   
Cocosplantage
wierf, bleek voor deze maar weinig belangstelling onder de planters te bestaan. Het Surinaamse Gouvernement moest vele van deze Chinezen in dienst nemen of onder voor het Gouvernement ongunstige voorwaarden te werk stellen.

De Chinezen waren dus de eerste niet negride plantage-arbeiders in Suriname. De eerste groep van deze immigranten kwam omstreeks 1850 uit Java. Daarna kwamen er meer, b.v. in 1858 een 500 rechtstreeks uit China. Deze immigraties bleven tot omstreeks 1870 doorgaan, d.w.z. tot de Chinese regering de emigratie van contractarbeiders verbood. Suriname ontving in totaal een kleine 3.000 Chinezen, die evenwel niet tot een bevolkingsvermeerdering van blijvende aard bijdroegen. Vele Chinezen keerden na een succesvolle carrière als kleinhandelaar naar hun vaderland terug, terwijl bovendien het aantal aangevoerde vrouwen nog lager was dan de voorgeschreven 20 percent van het totaal. Daar maar weinig Chinezen hun contract verlengden moest steeds naar nieuwe arbeiders worden uitgezien. Men hoopte die onder meer in Brits West-Indië te vinden. Zo werden voornamelijk uit het dichtbevolkte Barbados een 1.300 negers en mulatten aangevoerd. De ervaringen die men met deze Barbadianen opdeed hadden in 1948 tot grote voorzichtigheid moeten leiden, toen wederom arbeiders naar Suriname werden gebracht.

Van Lier schreef over de negentiende-eeuwse emigratie uit Barbados het volgende: "De arbeiders uit deze (Westindische, Kr.) gebieden bleken niet te voldoen. Zij waren niet gewend met de schop in de kleibodem te werken en konden zich aan de omstandigheden hun nieuwe omgeving niet aanpassen. Zij deelden hun bevindingen per brief aan hun familieleden mede: het gevolg hiervan is, dat nieuwe emigranten uit West-Indië wegbleven [Lier, Rudolf van, Samenleving in een Grensgebied. Een Sociaal- Historische studie van de Maatschappij in Suriname. (Den Haag, 1949, blz. 187.)] .

De "Westindische arbeiders hebben zich grotendeels met de Surinaamse Creolen vermengd. Wanneer men vroeger op de erven van Paramaribo's armoebuurten met de mensen praatte, trof men menige Creool aan die zich met een zekere trots "Engelsman" noemde; veelal was dat dan iemand uit St. Lucia of Barbados. Wij bezochten zelfs een erf waar een groot aantal van deze St. Lucianen en Barbadianen bijeen woont en wier vrouwen of concubines eveneens Engelsen waren. De meeste van deze mannen waren niet thuis, daar zij in de bossen of op de goudvelden werkten.

Behalve uit China en West-Indië kwamen uit nog andere delen van de wereld plantage-arbeiders naar Suriname. Zo omstreeks de neger-emancipatie arriveerden er kleine groepen Portugezen uit Madeira. Later namen de planters nog Libanezen in dienst, welke mensen in Suriname Syriërs worden genoemd. Zowel de afstammelingen van de Madeirezen als die der Libanezen zijn momenteel in hoofdzaak kooplieden en winkeliers. Zo langzamerhand groeit bij het bespreken van de immigratie het bontgetinte volkeren-mozaïek dat Suriname ongetwijfeld is. Maar nog twee stenen moeten worden toegevoegd en wel juist die delen die zo'n opvallende plaats innemen in het kleurrijke volkerengeheel van Suriname: de Aziatische bevolkingsgroepen.





suriname . NU  naar boven



Ontwerp © Webteam Suriname - Afdeling Suriname - Zwartenhovenbrugstraat - Paramaribo -
Last update: