suriname Naar Voorpagina

  


   
ONDERDELEN
Afro-Surinamers
 suriname nu  Indianen  1
 suriname nu  Indianen  2

Onderwerpen
Bevolking
 suriname nu  Afro-Surinamers
 suriname nu  Boeren
 suriname nu  Chinezen
 suriname nu  Hindostanen
 suriname nu  Inheemsen
 suriname nu  Javanen
 suriname nu  Joden
 suriname nu  Libanezen

AFDELINGEN
  suriname nu Algemeen
 suriname nu De Douane
  suriname nu Telefoonboek
  suriname nu Bevolking
  suriname nu Distrikten
  suriname nu Reis info
  suriname nu Cultureel erfgoed
  suriname nu Geschiedenis
  suriname nu Foto's
  suriname nu Natuur
  suriname nu Personen
  suriname nu Koken / recepten
  suriname nu Vragen over NIBA
  suriname nu Wat is ANDA

     
 SURINAME  suriname nuAFDELINGEN - suriname nu Bevolking - - Indianen

 suriname . NU terug
 

Bevolking Suriname.    

   De Indianen. ( Inheemsen )


SAMENLEVING EN CULTUUR.

Samenleving en cultuur van de Indianen van Suriname worden gerekend tot het zgn. tropisch-oerwoudcomplex in Zuid-Amerika. De Indianen waren alle landbouwers, jagers, vissers en verzamelaars. Bovendien werd er enige ruilhandel bedreven (o.a. steen voor stenen bijlen). De landbouw die bedreven werd en wordt, staat bekend als 'shifting cultivation'. Telkenmale wordt een stuk bos gekapt, het hout wordt verbrand; de met as bemeste bodem wordt beplant met bittere cassave, die na 9-12 maanden oogstbaar is.

Na 2-3 jaar wordt de tuin langzamerhand verlaten, omdat het onkruid zodanig opdringt dat het kappen van een stuk bos gemakkelijker is dan het wieden van een overgroeide tuin . Behalve bittere cassave verbouwden de Indianen vanouds ook maïs, zoete aardappel, peper, tabak e.d. Suikerriet en banaan zijn vermoedelijk al in de 16de eeuw ingevoerd. Van de Surinaamse Indianen missen alleen de Akoerio de landbouw. Vermoedelijk zijn zij in het verleden echter eveneens landbouwers geweest. Naast de landbouw werden en worden jacht en visserij beoefend.

De Indianen jaagden met pijl en boog. Afhankelijk van het wild gebruikten zij pijlen met een brede bamboepunt, pijlen met weerhaken voor klein wild en pijlen met giftige punten (curare) voor bepaalde apesoorten. In het algemeen werd en wordt gejaagd in groepjes van twee à drie man. De boog werd ook gebruikt bij visvangst. Veelpuntige pijlen verhoogden de trefkans. Er werd echter ook gevist met visvergif (o.a. neku) en met visvallen. De metalen haak is vermoedelijk een zeer vroege introductie geweest (in het algemeen waren de Indianen bij de eerste contacten zeer gespitst op het verkrijgen van metalen voorwerpen).

Ook het verzamelen heeft in alle groepen steeds een belangrijke rol gespeeld: behalve vruchten en dierlijk voedsel (zoals mieren, palmlarven, krabben, eieren van zeeschildpadden) was het bos een onuitputtelijke bron van materialen: hout, palmblad en lianen voor huizenbouw, boomstammen voor botenbouw, vezels voor touw en in bepaalde gevallen voor hangmatten, warimbo voor vlechtwerk, enz. Van de handel tussen Indianen is weinig bekend, omdat met het ontstaan van koloniale centra de handel direct hierop georiënteerd raakte. In samenhang met het fysisch milieu waren er binnen het hierboven geschetste kader allerlei verschillen tussen de diverse groepen. De bewoners van de riviermondingen zijn vanouds gericht op de visvangst.

Bij de Bovenlandse Indianen is de jacht belangrijker, maar ook daar zijn verschillen. De Wajana bijv. zijn landbouwers-vissers, de Trio meer landbouwersjagers. Alle Indianen (alweer: afgezien van de Akoerio) waren semisedentair. Weliswaar woonden zij in dorpen, maar hun mobiliteit was groot; dorpen werden gemakkelijk verlaten. Deze dorpen telden vermoedelijk zelden meer dan enkele honderden inwoners.

De structuur van de Indiaanse samenlevingen is betrekkelijk simpel. De enige economische arbeidsverdeling is die welke bestaat tussen man en vrouw. Parttime-specialisten zijn het dorpshoofd en de sjamaan (piai); beide specialismen waren overigens vaak in één persoon belichaamd. Voordat er sprake was van sterke beinvloeding door Europese kolonisten was er vermoedelijk een vrij sterk ontwikkeld oorlogsleiderschap; met de demografische terugval, het verdwijnen van de onderlinge oorlogen en de handel is dit leiderschap echter verdwenen. Wat overbleef was de stichter van een dorp, wiens volgelingen tevens zijn afstammelingen en aanverwanten waren, benevens anderen die vertrouwen in hem stelden. Machtsmiddelen had hij echter niet, en elke Indiaanse leider liep voortdurend het risico door zijn volgelingen te worden verlaten, als zij hem niet langer aanvaardden.

Het verwantschapssysteem is bilateraal (afgezien van de Arowakken). Meestal is er sprake van twee informele groepen die vrouwen uitwisselen. Hierdoor ontstaat wat in de antropologie het bilaterale cross cousin-huwelijk genoemd wordt en dat in Zuid-Amerika zeer veel voorkomt. Een zeer groot deel van het leven speelt zich af in het gezin. Hoewel het bij alle Indianen in Suriname toegestaan was twee of meer vrouwen te hebben kwam dit in feite weinig voor: alleen belangrijke mannen (zoals dorpshoofden, sjamanen) hadden meer vrouwen. In alle groepen was en is het gebruikelijk dat een man zich vestigt in de woongroep van zijn vrouw. Op die manier ontstaan lokale verwantschapsgroepen, bestaande uit een wat ouder echtpaar en de gezinnen van hun getrouwde dochters .

In de levensbeschouwing spelen geesten een belangrijke rol. Geesten worden als veroorzakers van ziekte beschouwd. De voornaamste rol van de piai is dan ook die van genezer. Naast geesten zijn er verschillende, filosofisch zeer interessante zienswijzen ten aanzien van de werkelijkheid, vormgegeven in abstracties van verschillend niveau .

In alle sectoren van samenleving en cultuur zijn in de 20ste eeuw de sporen van enkele eeuwen contact bespeurbaar. De Indianen vullen hun dieet aan met gekocht voedsel (suiker, rijst). Veel van hun oorspronkelijke werktuigen zijn vervangen door werktuigen van industriële herkomst. In alle groepen speelt geld een zekere rol. Inkomsten verkrijgen de Indianen o.a. door de verkoop van etnografica en landbouwprodukten, vlees en vis, en door loonarbeid van tijdelijke of permanente aard.

In de dorpssamenleving zijn veranderingen in leiderschap waar te nemen: de overheid benoemde kapiteins en er werden zgn. basjas aangesteld, assistenten. De Benedenlandse Indianen zijn voor het merendeel katholiek, de Bovenlandse Indianen protestant (sinds 1960 werken hier Amerikaanse zendelingen). Deze en dergelijke socioculturele veranderingen zullen ongetwijfeld verder gaan, waardoor een Indiaanse identiteit langzaam zal verdwijnen. Onder jonge Indianen, m.n. in Paramaribo, is echter een sterke neiging tot herleving van Indiaanse waarden bespeurbaar . De grootste bedreiging voor de Indianen (zeker voor de Indianen die in stamverband leven, en dat is de meerderheid) is de onzekerheid ten aanzien van hun bestaansbasis. Op enkele uitzonderingen na wordt het land dat zij als het hunne zien als Domeinland beschouwd. Hun rechtspositie ten aanzien van hun grondgebied is daardoor zeer zwak.



suriname . NU  naar boven



Ontwerp © Webteam Suriname - Afdeling Suriname - Zwartenhovenbrugstraat - Paramaribo -
Last update: